De regeling van het Keurmerk Opvang wordt op basis van het Wijzigingsreglement onderhouden. Immers, de wereld om ons heen en de wetenschappelijke inzichten zijn permanent in ontwikkeling – dit vraagt erom om ook structureel naar het keurmerk zelf en de onderliggende regeling te kijken en waar nodig aan te passen. In deze aanpassingen wordt een balans gezocht tussen actueel houden en voldoende consistent voor de deelnemers blijven.
ADVIESCOMMISSIE
Voorgestelde wijzigingen en concepten worden eerst aan de Adviescommissie van het Keurmerk Opvang voorgelegd. De Adviescommissie adviseert de regelinghouder over de voorgestelde wijzigingen en concepten in termen van relevantie, haalbaarheid, invoeringstermijnen etc.
LEDEN VAN DE ADVIESCOMMISSIE
Leden voor de adviescommissie worden op persoonlijke titel vanwege ervaring, expertise en betrokkenheid gevraagd om hierin sitting te nemen. Actuele leden van de Adviescommissie zijn:
Met een voorgeschiedenis in dierenbeschermingsorganisaties wist ik wat ik wilde gaan doen, toen ik op een leeftijd van 39 jaar diergeneeskunde ging studeren. De studie was geweldig en gaf me antwoorden op veel vragen. Maar niet op datgene waar ik specifiek naar zocht: hoe kan een dierenarts een opvang van gezelschapsdieren optimaal begeleiden, zodat de dieren gezond blijven in opvang en daarna zo snel mogelijk vertrekken naar een (nieuwe) eigenaar?
Die antwoorden vond ik kort na mijn afstuderen in 2007, binnen het nieuwe veterinaire vakgebied Shelter Medicine dat ontwikkeld was aan de Universiteit van Californië. Daar moest ik bij zijn! Het enthousiasme van de grondleggers van dit vakgebied bleek enorm aanstekelijk, met als gevolg dat we als collega’s van de Faculteit Diergeneeskunde in Utrecht dit onderwerp in ons onderwijs voor diergeneeskunde studenten kregen opgenomen!
De Dierenbescherming heeft daarbij een belangrijke aanzet gegeven. De organisatie zag in een vroeg stadium het nut en de noodzaak van deze nieuwe aanpak voor haar streven tot een duidelijke kwaliteitsverbetering binnen de opvang van gezelschapsdieren. Een meer wetenschappelijke aanpak was nodig: een vernieuwing in de bedrijfsvoering die vooral gebaseerd diende te zijn op feiten.
Toen ik werd gevraagd om lid te worden van de Adviescommissie van het keurmerk Dierenopvang, was dat een eervol verzoek en een logische stap om de uitnodiging aan te nemen. Een dierenopvangcentrum dat kwaliteitsverbetering zoekt in de volle breedte van haar bedrijfsvoering, betreedt een lastig pad met taaie tradities. Als stap voor stap zaken verbeteren in de verblijfsdagen, in de gezondheidstoestand en welzijn van asieldieren en in de veiligheid en werkplezier van medewerkers, dan heeft zo’n bedrijf een goed Keurmerk als beloning verdiend. En daar wil ik weer bij zijn!
Naast haar vaste partners, (de dierenpolitie, samenwerkende dierenartsen, DB en Dierenambulance) voor de wettelijke taken, komt het gemeentelijke dierenwelzijnsbeleid in de praktijk steeds vaker in aanraking met particuliere initiatieven op het gebied van dierenopvang, (commerciële asiels/pensions, hondententoonstellingen, dieren in welzijnscentra, etc.). Voor een gemeente is het belangrijk te weten of daar, maar ook bijvoorbeeld in een door de gemeente zelf beheerde dierenweide in het stadspark, professionele normen worden toegepast.Daarnaast is dit voor de informatieverstrekking en doorverwijzing van de burger een goede zaak. Hiermee draagt het gemeentebestuur direct (via de dierenhulp noodketen), dan wel indirect (tijdelijke opvang elders) bij aan de verantwoording voor de gehele keten. Onze eigen nota Dierenwelzijn (vastgesteld door de gemeenteraad op 25 november 2014) zegt hierover: “belangrijk voor de uitvoering van het dierenwelzijnsbeleid in Maastricht is de integrale aanpak van huisdieren tot circusdieren, van opvang van gewonde dieren tot de jacht.” De standaardisering via het KMO keurmerk is een belangrijk instrument in dezen.